Cinque Terre

Aan de noordwestelijke kust van Italië liggen vijf schilderachtige dorpjes die samen met drie voor de kust liggende eilanden op de Werelderfgoedlijst van Unesco staan. De dorpen aan de grillige, steile kust zijn moeilijk per auto bereikbaar, maar ze zijn via een spoorlijn en een wandelpad met elkaar verbonden. De bewoners die de streek ongeveer 1000 jaar geleden ontgonnen, bouwden terrassen om zo een paar hectare voor landbouw geschikt te maken. De streek is bijzonder geschikt voor hiking, trekking en watersporten. Ook kunnen er verschillende soorten boottochten ondernomen worden.

Monterosso al Mare en Vernazza

Monterosso al Mare is het meest noordelijke dorp. Het ligt aan een zandstrand, deels op een heuveltop. De ruïnes van een oud kasteel, een kerk met een vrijstaande klokkentoren en een klooster domineren het dorpsbeeld. Het oudste en volgens velen meest pittoreske dorp is Vernazza. Het is op een klein schiereiland aan een baai gebouwd. De smalle straatjes met romantische, kleurrijke huizen komen uit op een hoofdstraat die naar een klein plein met een gotische kerk leidt. Vanaf het plein heeft men een fantastisch uitzicht op de zee.

Corniglia, Manarola en Riomaggiore

Het enige dorp van de Cinque Terre dat niet direct aan de kust gelegen is, is Corniglia. Het is gebouwd op een heuvel, ongeveer 100 meter boven zeeniveau. Manarola is het kleinste dorp en staat bekend om haar Sciacchetrà, een lokale wijn die al in de Romeinse tijd werd geprezen. Het meest zuidelijke dorp is Riomaggiore. Het is gebouwd in een smalle vallei aan een inmiddels gedempte stroom. Tussen Riomaggiore en Manarola loopt het wandelpad Via dell’Amore, dat het minst zwaar is van de vele wandelpaden in de streek.